Publications

Displaying 1 - 17 of 17
  • Behnke, K. (1998). The acquisition of phonetic categories in young infants: A self-organising artificial neural network approach. PhD Thesis, University of Twente, Enschede. doi:10.17617/2.2057688.
  • Dingemanse, M. (2011). The meaning and use of ideophones in Siwu. PhD Thesis, Radboud University Nijmegen, Nijmegen.
  • Ellert, M. (2011). Ambiguous pronoun resolution in L1 and L2 German and Dutch. PhD Thesis, Radboud University Nijmegen, Nijmegen.
  • FitzPatrick, I. (2011). Lexical interactions in non-native speech comprehension: Evidence from electro-encephalography, eye-tracking, and functional magnetic resonance imaging. PhD Thesis, Radboud University Nijmegen, Nijmegen.
  • Gipper, S. (2011). Evidentiality and intersubjectivity in Yurakaré: An interactional account. PhD Thesis, Radboud University Nijmegen, Nijmegen.
  • Grabe, E. (1998). Comparative intonational phonology: English and German. PhD Thesis, Radboud University Nijmegen, Nijmegen. doi:10.17617/2.2057683.
  • Junge, C. (2011). The relevance of early word recognition: Insights from the infant brain. PhD Thesis, Radboud University Nijmegen, Nijmegen.

    Abstract

    Baby's begrijpen woorden eerder dan dat ze deze zeggen. Dit stadium is onderbelicht want moeilijk waarneembaar. Caroline Junge onderzocht de vaardigheden die nodig zijn voor het leren van de eerste woordjes: conceptherkenning, woordherkenning en het verbinden van woord aan betekenis. Daarvoor bestudeerde ze de hersenpotentialen van het babybrein tijdens het horen van woordjes. Junge stelt vast dat baby's van negen maanden al woordbegrip hebben. En dat is veel vroeger dan tot nu toe bekend was. Als baby's een woord hoorde dat niet klopte met het plaatje dat ze zagen, lieten ze een N400-effect zien, een klassiek hersenpotentiaal. Uit eerder Duits onderzoek is gebleken dat baby's van twaalf maanden dit effect nog niet laten zien, omdat de hersenen nog niet rijp zouden zijn. Het onderzoek van Junge weerlegt dit. Ook laat ze zien dat als baby's goed woorden kunnen herkennen binnen zinnetjes, dit belangrijk is voor hun latere taalontwikkeling, wat mogelijk tot nieuwe therapieën voor taalstoornissen zal leiden.

    Additional information

    full text via Radboud Repository
  • Krott, A. (2001). Analogy in morphology: The selection of linking elements in Dutch compounds. PhD Thesis, Radboud University Nijmegen, Nijmegen. doi:10.17617/2.2057602.
  • Robinson, S. (2011). Split intransitivity in Rotokas, a Papuan language of Bougainville. PhD Thesis, Radboud University, Nijmegen.
  • De Ruiter, J. P. (1998). Gesture and speech production. PhD Thesis, Radboud University Nijmegen, Nijmegen. doi:10.17617/2.2057686.
  • Sjerps, M. J. (2011). Adjusting to different speakers: Extrinsic normalization in vowel perception. PhD Thesis, Radboud University Nijmegen, Nijmegen.

    Abstract

    Op een gemiddelde dag luisteren mensen naar spraak van heel veel verschillende mensen. Die hebben allemaal een ander stemgeluid, waardoor de woorden die zij uitspreken verschillend klinken. Luisteraars hebben daar echter weinig hinder van. Hoe is het mogelijk dat luisteraars zich zo gemakkelijk kunnen aanpassen aan verschillende sprekers? Matthias Sjerps onderzocht in zijn proefschrift een cognitief mechanisme dat luisteraars helpt om zich aan te passen aan de karakteristieken van verschillende sprekers. Hierbij maakt een luisteraar gebruik van informatie in de context. Dit mechanisme blijkt vroeg in de spraakverwerking plaats te vinden. Bovendien beïnvloedt dit mechanisme ook de perceptie van andere geluiden dan spraak. Dit laat zien dat het een zeer breed en algemeen perceptueel mechanisme betreft. Contexteffecten bleken echter sterker voor spraakgeluiden dan voor andere geluiden. Dit suggereert dat het onderzochte mechanisme, ook al is het algemeen en breed toepasbaar, versterkt kan worden door blootstelling aan taal.

    Additional information

    full text via Radboud Repository
  • Torreira, F. (2011). Speech reduction in spontaneous French and Spanish. PhD Thesis, Radboud University Nijmegen, Nijmegen.

    Abstract

    Spraakklanken, lettergrepen en woorden worden vaak minder duidelijk uitgesproken in spontane conversaties dan in formelere spreekstijlen. Dit proefschrift presenteert onderzoek naar spraakreductie in spontaan Frans en Spaans. Naar deze talen is tot nu toe weinig spraakreductieonderzoek gedaan. Er worden twee nieuwe grote corpora met spontaan Frans en Spaans beschreven. Op basis van deze corpora heb ik enkele onderzoeken gedaan waarin ik de volgende belangrijke conclusies heb getrokken. Allereerst vond ik dat akoestische data van spontane spraak waardevolle informatie kan geven over de vraag of specifieke reductiefenomenen categoriaal of continu zijn. Verder vond ik, in tegenstelling tot onderzoek naar Germaanse talen, slechts gedeeltelijk bewijs dat spraakreductie in Romaanse talen als het Frans en het Spaans beïnvloed wordt door de eigenschappen en voorspelbaarheid van het woord. Ten derde vond ik door spontaan Frans en Spaans te vergelijken dat spraakreductie tussen talen meer kan verschillen dan je zou verwachten op basis van laboratoriumonderzoek

    Additional information

    full text via Radboud Repository
  • Tuinman, A. (2011). Processing casual speech in native and non-native language. PhD Thesis, Radboud University Nijmegen, Nijmegen.
  • Van de Ven, M. A. M. (2011). The role of acoustic detail and context in the comprehension of reduced pronunciation variants. PhD Thesis, Radboud University Nijmegen, Nijmegen.
  • Van der Meulen, F. (2001). Moving eyes and naming objects. PhD Thesis, Radboud University Nijmegen, Nijmegen. doi:10.17617/2.2057610.
  • Wang, L. (2011). The influence of information structure on language comprehension: A neurocognitive perspective. PhD Thesis, Radboud University Nijmegen, Nijmegen.
  • Weber, A. (2001). Language-specific listening: The case of phonetic sequences. PhD Thesis, University of Nijmegen, Nijmegen, The Netherlands. doi:10.17617/2.68255.

Share this page