Publications

Displaying 101 - 104 of 104
  • Van Wijk, C., & Kempen, G. (1985). From sentence structure to intonation contour: An algorithm for computing pitch contours on the basis of sentence accents and syntactic structure. In B. Müller (Ed.), Sprachsynthese: Zur Synthese von natürlich gesprochener Sprache aus Texten und Konzepten (pp. 157-182). Hildesheim: Georg Olms.
  • Van Wijk, C., & Kempen, G. (1982). Kost zinsbouw echt tijd? In R. Stuip, & W. Zwanenberg (Eds.), Handelingen van het zevenendertigste Nederlands Filologencongres (pp. 223-231). Amsterdam: APA-Holland University Press.
  • Van de Geer, J. P., Levelt, W. J. M., & Plomp, R. (1962). The connotation of musical consonance. Acta Psychologica, 20, 308-319.

    Abstract

    As a preliminary to further research on musical consonance an explanatory investigation was made on the different modes of judgment of musical intervals. This was done by way of a semantic differential. Subjects rated 23 intervals against 10 scales. In a factor analysis three factors appeared: pitch, evaluation and fusion. The relation between these factors and some physical characteristics has been investigated. The scale consonant-dissonant showed to be purely evaluative (in opposition to Stumpf's theory). This evaluative connotation is not in accordance with the musicological meaning of consonance. Suggestions to account for this difference have been given.
  • Van Wijk, C., & Kempen, G. (1982). Syntactische formuleervaardigheid en het schrijven van opstellen. Pedagogische Studiën, 59, 126-136.

    Abstract

    Meermalen is getracht om syntactische formuleenuuirdigheid direct en objectief te meten aan de hand van gesproken of geschreven teksten. Uitgangspunt hierbij vormde in de regel de syntactische complexiteit van de geproduceerde taaluitingen. Dit heeft echter niet geleid tot een plausibele, duidelijk omschreven en praktisch bruikbare index. N.a.v. een kritische bespreking van de notie complexiteit wordt in dit artikel als nieuw criterium voorgesteld de connectiviteit van de taaluitingen; de expliciete aanduiding van logiscli-scmantische relaties tussen proposities. Connectiviteit is gemakkelijk scoorbaar aan de hand van functiewoorden die verschillende vormen van nevenschikkend en onderschikkend zinsverband markeren. Deze nieuwe index ondetrangt de kritiek die op complexiteit gegeven kon worden, blijkt duidelijk te discrimineren tussen groepen leerlingen die van elkaar verschillen naar leeftijd en opleidingsniveau, en sluit aan bij recente taalpsychologische en sociolinguïstische theorie. Tot besluit worden enige onderwijskundige implicaties aangegeven.

Share this page